woensdag 20 november 2013

EEN KIND HEEFT RECHT OP CONTACT MET BEIDE OUDERS



Vandaag is de Internationale Dag van het Kind. Goed moment om te herinneren dat kinderen recht op contact met hun vader en moeder. Met allebei. Dit is zo omdat het in de wet staat, in de Spaanse wet, in de Nederlandse wet, in Internationale verdragen... En dit is volgens vrijwel alle psychologen en pedagogen ook het beste voor het kind. Maar helaas werken ouders lang niet altijd mee aan een goed contact tussen ouders en kind. Na veel echtscheidingen zijn de kinderen slachtoffer van de conflicten tussen de ouders, waardoor soepel contact onmogelijk lijkt. Soms staat een van de ouders het contact met de andere niet toe; soms zal de ene ouder er alles aan doen om de ander te dwarsbomen. De benadeelde ouder kan dan via de rechter zijn of haar gelijk proberen te halen. Dit zijn echter slopende en langdurige procedures. Het gaat immers om iets ongrijpbaars als het contact van de kinderen met de ouder. De ouder bij wie de kinderen wonen heeft veel feitelijke macht.
Als we deze toch al moeilijke situatie ook nog in een internationale context zetten, zijn de kansen op een goede afloop nog kleiner, en de noodzaak van goed juridisch advies nog belangrijker.
Laten we een gebruikelijke zaak onder de loep nemen. De rechter heeft voorzieningen vastgelegd, waarin bepaald is dat de ene ouder met de kinderen in het ene land woont, en de in een ander land wonende ouder recht heeft op een bezoekregeling. De bezoekregeling wordt niet nagekomen. We bekijken alleen de  casus binnen de landen van de Europese Unie, al zijn bepaalde normen ook geldig voor landen buiten Europa.
Uitvoeren van een buitenlands vonnis
Als de ene ouder weigert de kinderen in de vakantie naar de ander te laten gaan, kan deze proberen het vonnis waar de bezoekregeling in staat te laten uitvoeren in het land waar de kinderen woonachtig zijn (en waar de niet-nakoming dus plaatsvindt). Dankzij de Europese wetgeving kan dit vrij snel. Met het gelegaliseerde en vertaalde vonnis en de benodigde certificaten die door de rechtbank van oorsprong worden afgegeven, kan de benadeelde ouder het vonnis laten uitvoeren in het land waar de kinderen wonen.
De rechtbanken in Europa kunnen niet anders dan het vonnis uitvoeren. Er zal niet alsnog inhoudelijk naar de zaak worden gekeken, en zelfs als er beroep wordt aangetekend, zal de uitvoering door moeten gaan.
Hoe de uitvoering in de praktijk uitloopt, is per land verschillend. In sommige landen wordt de politie eerder ingeschakeld dan in andere landen. Spanje is over het algemeen terughoudend met de inschakeling van de politie als het kinderzaken betreft.
Verdrag van Den Haag
De Haagse Conventie over de burgerlijke aspecten van internationale kinderontvoering, van 1980, biedt naast de juridische middelen om kinderontvoering te voorkomen of terug te draaien ook maatregelen ter uitvoering van de bezoekregelingen. De Conventie kan worden ingezet via de Centrale Autoriteit in het land waar de benadeelde ouder woont, die contact op zal nemen met de Centrale Autoriteit van het land waar de kinderen wonen.
Ook kan de benadeelde ouder direct een beroep doen op het Haagse verdrag. Hoe deze procedure in zijn werk gaat, is per land verschillend. In Spanje is het een spoedprocedure, waarbij juridische bijstand van een advocaat verplicht is.
Keuze tussen verschillende procedures
Welke procedure te volgen zal afhangen van de concrete situaties. In bepaalde gevallen en afhankelijk van het betrokken land, kan het raadzaam zijn de Centrale Autoriteit in te schakelen. Bij andere zaken kan het sneller en effectiever zijn over te gaan tot directe uitvoering.
Echter, de enige personen die het recht van de kinderen op beide ouders kunnen waarborgen zijn de ouders zelf.

woensdag 9 oktober 2013

Wat te doen als de bezoekregeling niet nageleefd wordt?



Kinderen hebben recht op contact met hun vader en moeder. Met allebei. Dit is zo omdat het in de wet staat, in de Spaanse wet, in de Nederlandse wet, in Internationale verdragen... En dit is volgens vrijwel alle psychologen en pedagogen ook het beste voor het kind. Maar helaas werken ouders lang niet altijd mee aan een goed contact tussen ouders en kind. Na veel echtscheidingen zijn de kinderen slachtoffer van de conflicten tussen de ouders, waardoor soepel contact onmogelijk lijkt. Soms staat een van de ouders het contact met de andere niet toe; soms zal de ene ouder er alles aan doen om de ander te dwarsbomen. De benadeelde ouder kan dan via de rechter zijn of haar gelijk proberen te halen. Dit zijn echter slopende en langdurige procedures. Het gaat immers om iets ongrijpbaars als het contact van de kinderen met de ouder. De ouder bij wie de kinderen wonen heeft veel feitelijke macht.
Als we deze toch al moeilijke situatie ook nog in een internationale context zetten, zijn de kansen op een goede afloop nog kleiner, en de noodzaak van goed juridisch advies nog belangrijker.
Laten we een gebruikelijke zaak onder de loep nemen. De rechter heeft voorzieningen vastgelegd, waarin bepaald is dat de ene ouder met de kinderen in het ene land woont, en de in een ander land wonende ouder recht heeft op een bezoekregeling. De bezoekregeling wordt niet nagekomen. We bekijken alleen de  casus binnen de landen van de Europese Unie, al zijn bepaalde normen ook geldig voor landen buiten Europa.
Uitvoeren van een buitenlands vonnis
Als de ene ouder weigert de kinderen in de vakantie naar de ander te laten gaan, kan deze proberen het vonnis waar de bezoekregeling in staat te laten uitvoeren in het land waar de kinderen woonachtig zijn (en waar de niet-nakoming dus plaatsvindt). Dankzij de Europese wetgeving kan dit vrij snel. Met het gelegaliseerde en vertaalde vonnis en de benodigde certificaten die door de rechtbank van oorsprong worden afgegeven, kan de benadeelde ouder het vonnis laten uitvoeren in het land waar de kinderen wonen.
De rechtbanken in Europa kunnen niet anders dan het vonnis uitvoeren. Er zal niet alsnog inhoudelijk naar de zaak worden gekeken, en zelfs als er beroep wordt aangetekend, zal de uitvoering door moeten gaan.
Hoe de uitvoering in de praktijk uitloopt, is per land verschillend. In sommige landen wordt de politie eerder ingeschakeld dan in andere landen. Spanje is over het algemeen terughoudend met de inschakeling van de politie als het kinderzaken betreft.
Verdrag van Den Haag
De Haagse Conventie over de burgerlijke aspecten van internationale kinderontvoering, van 1980, biedt naast de juridische middelen om kinderontvoering te voorkomen of terug te draaien ook maatregelen ter uitvoering van de bezoekregelingen. De Conventie kan worden ingezet via de Centrale Autoriteit in het land waar de benadeelde ouder woont, die contact op zal nemen met de Centrale Autoriteit van het land waar de kinderen wonen.
Ook kan de benadeelde ouder direct een beroep doen op het Haagse verdrag. Hoe deze procedure in zijn werk gaat, is per land verschillend. In Spanje is het een spoedprocedure, waarbij juridische bijstand van een advocaat verplicht is.
Keuze tussen verschillende procedures
Welke procedure te volgen zal afhangen van de concrete situaties. In bepaalde gevallen en afhankelijk van het betrokken land, kan het raadzaam zijn de Centrale Autoriteit in te schakelen. Bij andere zaken kan het sneller en effectiever zijn over te gaan tot directe uitvoering.
Echter, de enige personen die het recht van de kinderen op beide ouders kunnen waarborgen zijn de ouders zelf.

dinsdag 30 juli 2013

ONBEKWAAMHEIDSVERKLARING OUDEREN IN SPANJE




Al eerder in deze blog is de bescherming van ouderen in Spanje ter sprake gekomen. Daarin vertelde we dat de Spaanse rechter bevoegd is om beschermende maatregelen te treffen van de mensen die in Spanje wonen en door hun geestelijke of fysieke toestand niet meer in staat zijn hun eigen belangen te behartigen. Als het om Nederlanders gaat, zal de Spaanse rechter zijn beschikking moeten baseren op Nederlands recht. De maatregelen zelf moeten ook voortvloeien uit het Nederlandse recht. De procedure waarmee de onbekwaamheid wordt uitgesproken, is echter Spaans. Laten we de details bekijken.
Wie dient de vraag tot onbekwaamheidsverklaring in
De vraag tot onbekwaamheidsverklaring kan door de betrokken persoon zelf worden ingediend. Gebruikelijker is echter dat dit wordt gedaan door diens partner (al dan niet getrouwd), de kinderen, ouders of door de broers of zussen. Deze personen zijn bevoegd, maar niet verplicht tot het indienden van de dagvaarding.
Het Openbaar Ministerie is wél verplicht het verzoek in te dienen, als de bevoegde personen het niet doen, of als er niemand is die dit kan doen. Het Openbaar Ministerie kan op de hoogte worden gesteld van de mogelijke situatie waarin iemand verkeerd waarin de onbekwaamheidsverklaring wenselijk is door de familieleden, die zelf om persoonlijke redenen de aanvraag niet willen indienen. Maar ook artsen, verplegers of mensen uit de omgeving kunnen het Openbaar Ministerie op een eventuele riskante situatie wijzen. Ambtenaren en andere autoriteiten die door hun werk kennis nemen van een mogelijke geval van onbekwaamheid zijn wettelijk verplicht het Openbaar Ministerie in te lichten.
Wie worden gehoord
De procedure tot onbekwaamheidsverklaring begint met een verzoek van het Openbaar Ministerie of de bevoegde partijen bij de rechtbank. Bij dit verzoek zal de vragende partij al het eerste bewijs moeten leveren van de noodzaak tot onbekwaamheidsverklaring. Meestal zullen dit medische dossiers zijn waaruit de slechte psychische of fysieke toestand van de betrokken persoon blijkt.
Vervolgens zal de rechter de naaste familieleden horen en ook de persoon zelf laten verschijnen. Naast het reeds ingeleverde medische dossier kan de rechter allerlei medische, psychologische of andere testen vragen aan experts. De onbekwaamheid kan niet worden uitgesproken zonder medisch rapport.
Soms is de persoon in zo’n slecht fysieke of psychische staat, dat verschijnen voor de rechtbank niet mogelijk is. In deze gevallen zal de rechter, samen met de arts of psychiater, naar de plek gaan waar de persoon zich bevindt, meestal een verpleeg- of bejaardentehuis.
Als de rechter na het horen van de verschillende getuigen en het waarderen van al het bewijs tot de conclusie komt dat aan alle voorwaarden wordt voldaan, moet hij de onbekwaamheidsverklaring uitspreken. Meteen daarna zal een curator of bewindvoerder, afhankelijk van de omstandigheden, benoemd worden.
Benoeming van bewindvoerder of curator
Na benoeming heeft de bewindvoerder of curator zes weken de tijd een inventarisatie bij de rechtbank neer te leggen. Vervolgens moet jaarlijks verslag worden gedaan en moet de rekening en verantwoording afgelegd worden aan de rechthebbende.
Moment van bewijs van Nederlands recht
De Spaanse rechter is niet op de hoogte van het Nederlandse recht, en ook het Spaanse Openbaar Ministerie niet. Dit heeft als risico dat de kans groot is dat Spaans recht wordt toegepast, en dit kan nadelige gevolgen hebben en problemen veroorzaken omdat de onbekwaam verklaarde persoon vaak ook nog economische belangen in Nederland heeft. Het is dus van belang de Spaanse rechter van de inhoud van het Nederlandse recht op de hoogte breng.
Dit heeft ook nog een ander voordeel: het Spaanse recht voorziet in de mogelijkheid de “voogd” een betaling te geven, maar het Nederlandse recht stelt deze vergoeding voor curators en bewindvoerders vast op 5% van de netto opbrengst van de beheerde goederen. Dit schept een prettige duidelijkheid, die het Spaanse recht niet kent.

donderdag 25 juli 2013

Economische gevolgen van de scheiding: het huis voor de kinderen, maar de hypotheek?


Een echtscheiding heeft ingrijpende emotionele gevolgen voor de betrokken partijen, maar ook de economische consequenties zijn soms van vergaande aard. Waar eerst een gezin een huishouden runde, moeten nu, met dezelfde inkomsten, twee huishoudens betaald worden. En wat betreft de huisvesting van de betrokken partijen gaat het al gauw om aanzienlijke bedragen, helemaal als er kinderen in het spel zijn. Er moeten immers twee huizen (gekocht of gehuurd) betaald worden. Laten we kijken wat de Spaanse regelgeving in deze gevallen zegt.
Familiewoning
De familiewoning is daar waar het gezin woonde voor de scheiding. Als basisregel geldt dat de familiewoning wordt toegewezen aan de minderjarige kinderen en de ouder die de voogdij heeft. De toewijzing van het gebruik is niet voor altijd, maar wordt in tijd beperkt totdat de kinderen volwassen of zelfstandig zijn. Ook kunnen zich andere omstandigheden voordoen waarbij het gebruik niet langer wordt toegewezen aan de ouder met de kinderen, bijvoorbeeld als blijkt dat het gezin amper in de woning woont of zelfs verhuist is naar een andere stad.
Het Spaanse wetboek is niet helemaal duidelijk over eventuele andere woningen (zomerhuisjes of appartementen aan de kust), maar het Catalaanse wetboek voor familie stelt dat het gebruik van deze woningen ook aan een van de partijen kan worden toegewezen.
De toewijzing van het gebruik betekent niet dat deze partij het huis in eigendom krijgt en ook niet dat hij de woning kan verhuren of op een andere manier winst uit mag halen. De woning is alleen bedoeld om te voorzien in de huisvesting van de betrokken partijen.
Ook huurwoningen kunnen worden toegewezen aan de kinderen en een ouder. In deze gevallen zal echter ook de verhuurder ingelicht moeten worden.
Betaling hypotheek en kosten
Betreft de familiewoning echter een koophuis, dat door het echtpaar is aangeschaft, en staat er nog een hypotheek op de woning, zal iedere eigenaar zijn eigen deel van de hypotheek moeten betalen. Met andere woorden, elke gescheiden partij zal de helft van de hypotheek moeten betalen (indien ze voor de helft eigenaar zijn).
Wat betreft de kosten van de woonvereniging, moet onderscheid gemaakt worden tussen de gewone kosten (voor de portier, onderhoud, schoonmaak, zwembad) en de bijzondere kosten (installeren van een lift, renoveren van dak en gevel). De gewone kosten komen voor rekening van de gebruikende ouder; de extra kosten zijn voor rekening van beide eigenaren. Ditzelfde geldt voor de gemeentelijke belastingen.
Niet betalen van de hypotheek
Wat te doen als een van de ouders zijn helft van de hypotheek niet betaald? De lening met de bank is door beide partijen afgesloten, en het feit dat de partijen onderling afspreken dat ieder de helft betaald, of dat dit door de rechter wordt vastgesteld, kan niet als argument tegen de bank gebruikt worden. De ouder die met de kinderen in het huis woont, loopt dus het risico door de bank te worden aangesproken en kan zelfs uit het huis worden uitgezet. In dit geval, kan deze ouder de hypotheek zelf gaan betalen en dit in de toekomst verrekenen bij verkoop van het huis. Is dit niet haalbaar wegens gebrek aan inkomsten, kan aan de rechter gevraagd worden de andere ouder te dwingen tot betaling van de hypotheek. Hierbij is het echter van wezenlijk belang dat de verplichting tot betaling is opgenomen in het convenant of in het vonnis. Dan kan namelijk meteen om uitvoering gevraagd worden. Indien dit niet het geval is, zal de betalende ouder een nieuwe procedure moeten starten tegen de niet betalende ouder, met alle kosten en risico’s vandien. Onder andere dat de bank inmiddels de executieprocedure is gestart.